Civiel recht gaat over conflicten tussen burgers onderling, tussen burgers en bedrijven, en tussen bedrijven onderling. Civiel recht is een van de drie rechtsgebieden binnen de Nederlandse rechtspraak. De andere rechtsgebieden zijn bestuursrecht en strafrecht.

Het civiele recht – ook wel burgerlijk recht genoemd – regelt de rechten en plichten die burgers hebben ten opzichte van elkaar. Maar ook de juridische spelregels tussen bedrijven en tussen burgers en bedrijven vallen onder het civiele recht. Als je bijvoorbeeld iets koopt of huurt, als je ergens gaat werken of als er iets speelt in de familie, heb je ermee te maken.

Onder civiel recht vallen:
– huurrecht
– arbeidsrecht
– familierecht

De meest voorkomende zaken die vallen onder civiel recht zijn faillissement, alimentatie, scheiden, recht van overpad, erfafscheiding, burenruzie en geluidsoverlast.

Rechtspersonen
Het civiele recht geldt voor personen, maar ook voor rechtspersonen. Dat zijn organisaties of bedrijven die als een persoon kunnen handelen. Een vereniging kan bijvoorbeeld een pand huren. Een bedrijf kan mensen in dienst nemen. Als er problemen ontstaan, kunnen ze naar de civiele rechter stappen en hem vragen een beslissing te nemen.

De eiser en de gedaagde
Een civiele procedure is een rechtszaak tussen 2 partijen. Degene die de procedure start, is de eiser. Degene die zich tegen die eis moet verweren, is de gedaagde.

Advies aan de rechter
De civiele rechter leest van tevoren alle stukken die de partijen aan hem voorleggen. Als zij naar de rechtbank komen voor de zitting, luistert hij naar beide partijen. Soms nodigt hij ook nog iemand anders uit. In bepaalde familiezaken is bijvoorbeeld de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig, om het rechter advies te geven over wat het beste is voor de kinderen.

Uitspraak
Na de zitting doet de rechter uitspraak. Soms zegt hij meteen wat hij ervan vindt. Maar meestal krijgen de partijen de uitspraak later toegestuurd. Ze moeten zich allebei aan de uitspraak van de rechter houden. Als zij het er niet mee eens zijn, kunnen ze in hoger beroep. Dat betekent dat zij de zaak nog een keer laten beoordelen door een hogere rechter.